Over mij

Wateringen, Zuid Holland, Netherlands
Op 2 augustus 1961 ben ik geboren. Ik ben werkzaam bij het Ministerie van Financiën en ben getrouwd met Brigitte en heb twee dochters Tessa en Sterre (van 13 resp. 11 jaar).

woensdag 15 juni 2011

Dag 11 (woe 15 juni 2011): Turenne - Rocamadour (40 km) [1174]


Vandaag heb ik mijn echte eerste rustig-aan-dag. Eerst naar de kerk van Turenne. Om 8.45 uur ben je daar dan de eerste en is er verder helemaal niemand. Je kunt 2 euro in een apparaat doen en dan moet het licht en de muziek aangaan en wordt er een uitleg gegeven over de ontstaansgeschiedenis van de kerk. Het licht gaat aan. Ik zie een bundel licht en moet denken aan de blues brothers die in de kerk zijn waar James Brown voorganger is. Waarbij Jake tegen Elwood zegt “do you see the light” “do you see the light” om vervolgens met de nodige flickflacken en weet ik wat, vooraan in de kerk aanbeland. Maar de muziek die klinkt is anders, het is kerkmuziek en heeft dus niks met die film van doen. Ook volgt een uitleg. De eerste keer dat ik zoiets meemaak, maar ik vind het best wel handig en je kon kiezen voor de Engelse taal ook. Dat kan natuurlijk alleen maar in een wat kleinere kerk. In een grote kerk leidt zoiets tot chaos! Vervolgens wandel ik naar het fort dat logischerwijs op het hoogste punt van Turenne is gelegen. Het lijkt me vroeger een onneembare vesting te zijn geweest. Nou, dan ga ik toch maar op pad. Gelijk met koude spieren een klim van 6-8%. Daarna is het prachtig fietsen in een lange afdaling. Ik rijd een stukje van de route du noix, dat klopt want je ziet hier heel veel walnotenbomen. Ook zie je hier trouwens veel eikenbomen. Nou, dat waren de bomen. Dan kom ik in Martel vernoemd naar Karel Martel (de grootvader van Karel de Grote) die de Moren in 732 heeft verslagen bij Poitiers. Ik dacht die gooi ik er even in, want dat was vast weggezakt! Een leuk stadje waar op dat moment markt is. Bij een kraampje zie je wel vijftig verschillende worsten. Een grappig gezicht, de ene verkoper is graatmager en de andere is moddervet. De laatste heeft waarschijnlijk teveel van zijn eigen worsten gegeten. Als ik Martel uit fiets, zie ik toevallig een oud stationnetje met stoomlocomotieven. Even kijken natuurlijk. Ik ontmoet een Belg met zelf getekende plattegronden van de spoorrails en schetsen van de gebouwen. Hij is lid van een modelbouwclub en wil dit thuis gaan namaken. Ieder zijn hobby zal ik maar zeggen. Het stoomtreintje dat hier trouwens rijdt, heet volgens hem de truffelexpres. Vroeger werden over dat traject namelijk de truffels vervoerd. Bij Meyronne ga ik de rivier de Dordogne over. En natuurlijk zie ik de rode kano’s al liggen aan de oever, dat kan niet missen. Jaren geleden heb ik zelf ook nog eens op de Dordogne gekanood. Wie niet? En dan kom ik in het begin van de middag op mijn eindbestemming aan: Rocamadour. Eigenlijk ben ik nog 1 km van Rocamadour verwijderd, maar vanuit hier zie je het stadje prachtig tegen de berg aan liggen. Ik neem mijn intrek in Hostellerie Bellevue en dat doet zijn naam eer aan. Ik heb een “room with a view”; ik kijk namelijk vanuit het raam van mijn kamer op de rots van Rocamadour, echt geweldig zo’n uitzicht dus (zie foto). Eerst ga ik een half uur in bad zitten, heerlijk en daarna ga ik de was doen. Alle fietstenue’s zijn inmiddels aan een wasbeurt toe. In mijn beste frans heb ik uitgelegd dat ik graag een emmer of bak wil om de was te doen. Ik kreeg keurig een teil met een plastic bakje met daarin een variant van onze biotex. Dat laatste had niet gehoeven, want dat heb ik namelijk zelf bij me. Vreemd genoeg moet ik alles binnen in de garage ophangen te drogen er is namelijk geen buitenwaslijn (zie later). Eerst met de fiets naar het kasteel, dat ongeveer op dezelfde hoogte als het hotel ligt. Onderweg kom ik in gesprek met een ouder echtpaar uit de buurt van Roosendaal/Etten Leur. Wat blijkt, hij wil op 2 september a.s. met een maat van de SdC fietsen. Hij is 70 jaar oud, maar nog heel vitaal. Gezellig even wat gekletst. Na even bij het kasteel te hebben gekeken, daal ik met de fiets af naar Rocamadour. Via allerlei shopjes kom ik bij de “Grand Escalier”, 216 trappen die je op moet om bij de kerken, de kappelletjes en het bisschoppelijk paleis te komen. Sommigen, ik denk degenen die veel hebben gezondigd of hele vrome pelgrims, gingen al die trappen op hun blote knieën omhoog (zonder kniebeschermers dus). Daarna bezoek ik de kapel van de zwarte madonna. Vervolgens na een klimmetje terug naar het hotel. Ik check mijn was, die is niet erg veel droger geworden. Ik besluit de hele was van de (binnen)waslijn af te halen en op het terras op stoelen in de zon te drogen te leggen, want het schiet anders echt niet op. Ik kan morgenochtend toch zeker geen natte was meenemen in mijn fietstassen. De eigenares is er gelukkig even niet. Ik zit nu bij een restaurantje vlak onder bij mijn hotel. Ik kan nog niet eten (om 19.00 uur gaat de keuken open), dan maar eerst wat drinken. Nou, laat ik de cider maar eens proberen. Het is koud, smaakt lekker fris en is een beetje zoet. Vervolgens een heerlijk menu op. Ik geniet van het uitzicht op Rocamadour vanuit mijn kamer en de was, die is droog.

1 opmerking:

  1. Dag Corne,

    Ik zit bij Jondalar af te wachten of hij geslaagd is, nog 3 kwartier! De vlag staat al klaar! OF vlag uit of half stok:P Ik heb de blog gelezen. Fijn dat je was droog is! Je maakt veel spannende dingen mee en ik moet zeggen dat je heel aardig schrijft. Er zit een goede lijn in. Corne het allern aller aller beste, Shalom!

    Liefs Je moeder

    En de rest van de familie van Heugten

    BeantwoordenVerwijderen